search
top

Beste Wouter, waarom extra bestedingen tot extra inkomen leiden.

Beste Wouter,

in een reactie op dit bericht vraag je:

Hoe kijk je dan aan tegen allerlei grote bestedingen in landen die uiteindelijk tot geen enkele economische groei hebben geleid zoals Olympische spelen, WK, EK, Wereld Expo’s, etc. Denk bv aan de Olympische spelen in Athene (9 miljard euro kosten). Waarom heeft dat niet gewerkt en zouden de uitgaven aan de waternoodsramp wel gewerkt hebben?”

Een wat uitgebreider antwoord op deze vraag, dat overigens consistent is met de nationale rekeningen zowel als met het economisch denken van mensen als Schumpeter, Keen en Keynes.

(A) Standaard is uiteraard dat de effecten van extra bestedingen afhangen van de conjuncturele situatie. Bij een situatie met onderbezetting (te meten als een hoog en gestegen niveau van de werkloosheid, een lage en gedaalde bezettingsgraad in de economie, gebrek aan productiviteitsgroei gedurende een aantal jaren) hebben extra bestedingen een ander effect dan bij overbezetting. Het is niet voor niets dat ik veel werk maak van de conjuncturele situatie in 1951 en 1952! Ik ga hier uiteraard niet alle Olympische spelen en dergelijke natrekken – maar het maakt uit of dit soort bestedingen gedaan worden in een onderbezettingssituatie of niet. Wat betreft de spelen van dit jaar, die plaats vonden in een situatie van onderbezetting – deze hebben wel degelijk een positieve uitwerking op de Engelse economie gehad. Een citaat van het ONS (Engelse CBS):

New GDP estimates confirm the 1 per cent rate of expansion in the third quarter of 2012, but this strong figure was boosted by the inclusion of Olympic and Paralympic ticket sales, as well as the weakness in the second quarter arising from the additional Diamond Jubilee bank holiday. The underlying weakness of the economy is demonstrated by the absence of growth over the past four quarters. Taking the second and third quarters together (thereby eliminating distortions due to the Diamond Jubilee bank holiday), the economy has grown by just 0.6 per cent in six months. This figure is boosted by 0.2 percentage points by the inclusion of Olympic ticket sales, without which the average rate of growth over this period is just 0.2 per cent a quarter. Domestic expenditure accelerated in the third quarter, also enhanced byhouseholds’ spending on Olympic ticket sales. This was accompanied by a stronger trade performance as exports rose while imports fell”.

(B) Dit zijn uiteraard niet de investeringen waar jij op doelt, maar de inkomsten van de spelen zelf. Maar het idee is duidelijk: wat de een uitgeeft is in het systeem van nationale rekeningen – en daar hebben we het over – het inkomen van de ander. Micro-economisch geldt “a penny saved is a penny earned”. Maar macro-economisch geldt: “A penny spent is a penny earned”. Het is het verhaal over het land met een gouden standaard en een vaste hoeveelheid munten. Als een huishouden meer munten gaat sparen dan wordt deze huishouding rijker – maar het totale aantal munten stijgt niet. En de handel neemt af, niet direct omdat er minder gouden munten in omloop zijn – maar omdat een van de huishoudens gedurig het aantal munten doet dalen en minder uitgeeft dan er binnenkomt. Om de productie en het inkomen op peil te houden moet het geld blijven stromen. Echt.  Overigens had Brad deLong hier laatst een aardig verhaaltje over, waarin hij ingaat op de omloopsnelheid van het geld.

(C) Het punt waar het dan uiteindelijk om gaat: het gaat bij dit denken niet om de hoeveelheid rijkdom en bezit (de pot met gouden munten)- maar om de stroom van productie, inkomen en werk: het uitgeven van geld. Als geld niet rolt – of, een van de fundamentele punten van Keynes, als het niet naar de productie-economie rolt maar in toenemende mate wordt belegd in allerlei waardepapieren, van postzegels tot Duitse Bunds en van Zwitserse franken tot Griekse staatsobligaties – dan daalt de productie, dan daalt het inkomen en dan daalt de werkgelegenheid. En in zo’n situatie kan meer geld laten rollen of het bestaande geld sneller laten rollen of geld dat nu in waardepapieren wordt belegd naar de productie-economie laten rollen wel degelijk tot meer productie, werk en inkomen leiden. Voorbeeld: als de Nederlandse pensioenfondsen, die een gruwelijke hoeveelheid geld beheren (1,1 biljoen) meer geld in de Nederlandse woningbouw steken (en dus minder in waardepapieren zoals gesecuritiseerde hypotheken van de Nederlandse banken!), dan levert dat extra productie en inkomen op.

(D) Daarmee is je vraag nog niet helemaal beantwoord. Ten dele wel, want de bovengenoemde productie van woningen (en ik ga er daarbij vanuit dat de schattingen dat er nog behoorlijk wat extra woningen moeten worden gebouwd in Nederland correct zijn) is niet schuldgefinancierd maar met behulp van besparingen. En die besparingen zijn redelijk blijvend, we sparen elk jaar nog een hele hoop voor ons pensioen (ooit zullen de pensioenfondsen netto gaan ontsparen, is de bedoeling, maar dat duurt nog even en dan moeten we de situatie maar weer bezien). Maar hoe leidt die woningbouw nou tot blijvende welvaart? Wel, simpel. Anders dan Olympische Stadions leveren woningen geld op. Mensen zijn bereid er voor te betalen: huur, hypotheekrente enzovoorts. En dat geld kan weer aan andere zaken worden besteed: de circulaire dynamiek van het geld. We houden elkaar aan de gang, en dat is absoluut geen dooddoener. Het geld stroomt rond, waarbij we zelf de pompjes zijn die huur en rente betalen, en met dat rondstromen (als het tenminste in de productie-economie blijft) zet de een de ander aan het werk. In de nationale rekeningen wordt dit in hoge mate van detail inzichtelijk gemaakt. De vraag die dan gesteld wordt is of dit allemaal wel nuttig is – een belangrijke vraag, maar die ga ik hier niet beantwoorden, hier gaat het om de circulaire dynamiek van het geld.

(E) Het systeem van de nationale rekeningen – dit dit alles dus meten, het zijn absoluut geen bedachte constructies, het is empirie, de circulaire dynamiek wordt zorgvuldig gedefinieerd, gemeten en waargenomen – onderscheidt daarbij verschillende actoren: de huishoudens, de niet-financiële bedrijven, de banken, de overheid en het buitenland (er daar dan weer onderverdelingen van, dat gaat hier te ver). En die houden elkaar aan het werk, als het geld blijft rondstromen. We leven nu eenmaal in een monetaire economie. Maar soms verleggen die geldstromen zich, of ze verdwijnen. In Nederland is dat recent gebeurd. Want terwijl het geld uit de productie-economie kan verdwijnen doordat het naar de waardepapieren economie gaat zo kan er ook extra geld bij komen doordat er geld wordt geschapen. Wat in Nederland via de hypotheekleningen uitgebreid plaats vond is, tot het opmerkelijke bedrag van 30 en 40 miljard per jaar. Maar dat gebeurt nu dus niet meer. De groei van de hypotheekleningen is nu, ongeveer, nul. Waardoor de extra bestedingsimpuls die door de hypotheekgroei direct en indirect optrad opeens wegvalt. Een bestedingsimpuls die overigens niet zwaar inflatoir was wat betreft de productie-economie omdat het geld uiteindelijk grotendeels in allemaal pensioenpotten en besparingen terecht kwam, terwijl er ook nog wat economische groei was. En deze geldimpuls is nu opgedroogd – terwijl er wel geld naar de pensioenpotten blijft verdwijnen. Onze geldpotten worden groter – maar de circulaire dynamiek van het geld wordt minder en ons inkomen wordt lager. En ook dat meten we momenteel, zie dit bericht van het CBS.

(F). In zo’n situatie kunnen extra overheidsbestedingen wel degelijk het verschil maken. Maar dan moeten deze ook de overige geldstromen stimuleren zoals de investeringen en de consumptie. Wat dus in 1953 gebeurd lijkt te zijn. Extra bestedingen lokten extra nieuwe bestedingen uit en een toename van de circulaire dynamiek. Waarbij er in die periode enorme technische mogelijkheden braak lagen, die door de extra investeringen en productie benut konden worden – de productie en daarmee ook het inkomen nam toe, wat aangewakkerd werd door de voortdurende groei van de bestedingen, mogelijk gemaakt door het hogere inkomen. Wat nu ook nodig is en kan, zij het dat de technische vooruitgang nu niet zo spectaculair is als in de jaren vijftig. Het is nu nodig, want er lekt te veel geld weg naar (pensioen)besparingen die niet meer geïnvesteerd worden maar wegvloeien naar beleggingen in waardepapieren. En mensen beginnen netto af te lossen – prettig voor hun, maar dat geld verdwijnt wel uit roulatie. En dan zal er toch iets anders moeten zijn dat deze deflatoire dynamiek doorbreekt. Wat dat betreft zie ik het – en daar ben ik zeker niet de enige in – als zeer wenselijk dat de lonen elk jaar zo’n 2% sneller stijgen dan nu het geval is (bedenk daarbij dat de loonstijgingen in Nederland de afgelopen twee jaar tot de laagste van de Eurozone behoorden, wat niet echt geholpen lijkt te hebben gezien de huidige situatie. We moeten weer op eigen geld leren vertrouwen, in plaats van onze problemen weg te exporteren).

(G). Samenvattend: geld moet in de productie-economie blijven rollen. Er kunnen situaties zijn waarin ‘de collectiviteit van de individuele gedragingen’ ertoe leidt dat dat rollen steeds minder wordt, zoals nu. En dan kunnen – ook omdat we duidelijk onder onze productiecapaciteit opereren! – extra uitgaven (door huishoudens, door de overheid, door de bedrijven, dat maakt eigenlijk niet uit) de patstelling doorbreken.

(H). Overigens is de meest voor de hand liggende oplossing nu om de pensioenfondsen meer te laten investeren, bijvoorbeeld in woningbouw, wegen, leningen aan projecten van bedrijven, bedenk het maar) dan om de overheidsbestedingen fors op te voeren. We lopen nu door de lage investeringen tenslotte ook nog eens het risico de toekomstige generaties op te zadelen met de last van een verouderde infrastructuur en kapitaalopbouw, denk daarbij ook aan de gi-gan-ti-sche kapitaalvernietiging die plaats vindt door werkloosheid!

Merijn Knibbe

2 Responses to “Beste Wouter, waarom extra bestedingen tot extra inkomen leiden.”

  1. Wouter zegt:

    Bedankt. Duidelijk. (ik zou een link maken van mijn vraag onder je vorige blog naar dit antwoord, maar dat terzijde)

  2. Zeer leerzaam artikel! Ik kan zeggen dat ik dit niet zag aankomen in de huidige hypotheekmarkt! Is er een methode om me aan te melden voor deze berichten?

Leave a Reply

top