Pensioenstelsel: kapitaaldekking of omslag?
Gastbijdrage van Emil Bakkum
Heel toonaangevend Nederland, van uiterst links tot uiterst rechts, loopt weg met ons kapitaalgedekte pensioenstelsel. Dat is raar, want in onze buurlanden heersen heel andere opvattingen. Kennelijk is de Nederlandse voorliefde voor kapitaaldekking een nationale tik, zoiets als tulpen en klompen. Ik deed zelf deze wijsheid op dankzij een publicatie van de Oostenrijkse Beirat fuer gesellschafts-, wirtschafts- und umweltpolitische Alternativen, afgekort BEIWEGUM, een economische denktank.
Ruwweg bestaan er twee soorten pensioenstelsels. Bij het kapitaalgedekte pensioen sparen de deelnemers tijdens hun werkzame leven, zodat zij na hun pensionering kunnen teren op het spaargeld en vooral op de rente, die de inleg oplevert. Bij het omslagsysteem betalen de nog werkende deelnemers een premie, waaruit direct de inkomens van de gepensioneerden worden betaald. Dit systeem is een verdrag tussen generaties.
De Beirat constateert nuchter, dat de systemen een tikje aan elkaar verwant zijn. In allebei de gevallen moeten de inkomens van de gepensioneerden worden betaald uit het nationale inkomen. Het is dus niet zo, dat het gespaarde vermogen absolute zekerheid biedt. Indien dat kapitaal nauwelijks een productieve toepassing kan vinden, dan zal het weinig inkomen voortbrengen.
In tegenstelling tot toonaangevend Nederland voelt de Beirat weinig voor het pensioensysteem op basis van kapitaaldekking. Want eerst moet gedurende een spaarperiode dat kapitaal worden opgebouwd, en daardoor zal de consumptie onwenselijk verminderen. Bovendien denkt Beirat in navolging van Keynes en Marx, dat als gevolg van de massale kapitaal-accumulatie het rendement zal afnemen. Terwijl enerzijds de factor kapitaal overvloedig wordt, ontstaat er anderzijds meer schaarste bij de factor arbeid. De Beirat heeft daar een goed punt, niet, erken je een tikje spijtig. Er zit iets sulligs in de illusies, die gepensioneerden hebben over de productiviteit van kapitaal. Liefst zien ze de huidige instorting van het rendement als een tijdelijke abnormaliteit.
De dekking uit vermogen heeft anderzijds een kapitale kwaliteit, die haar positief onderscheidt van het omslagsysteem. De fondsen kunnen worden overgebracht naar het buitenland, waar ze wellicht beter zullen renderen. Kapitaal bezit het vermogen tot mobiliteit en gedaantewisseling. Je zou er zelfs een vorm van internationale solidariteit in kunnen zien. De Beirat werpt tegen, dat zulke buitenlandse investeringen behept zijn met meer risico. Dat bezwaar klinkt een tikje ver gezocht.
Het is zeer zeker wel waar, dat conjunctureel juist de inkomens uit vermogen de grootste fluctuaties (uiteraard relatief gemeten) en het meest grillige gedrag vertonen. De schommelingen van de arbeidsinkomens tijdens de conjunctuurcyclus zijn een tikje minder uitgesproken. Aldus is het omslagsysteem, dat immers baseert op de lonen, stabieler en voor de gepensioneerden minder risicovol dan het kapitaalgedekte pensioensysteem.
Kennelijk werpt de kapitaaldekking een lastige vraag op voor de gepensioneerden. Weegt het uitzicht op een groter rendement, dat haalbaar is dankzij de mogelijkheid om beleggingen mondiaal te spreiden, en dus op een grotere opbrengst, op tegen de tamelijk grote conjuncturele grilligheid, die zo kenmerkend is voor kapitaalinkomens? Of is een rustig en bescheiden omslagsysteem toch aantrekkelijker? Zolang die vraag niet is beantwoord, blijft het moeilijk om te kiezen.
De Beirat noemt nog enkele argumenten ten voordele van het omslagsysteem, maar die zijn volgens mij van secundair belang. Het schijnt, dat de uitvoering van het omslagsysteem goedkoper is dan die van vermogensbeheer. Verder is het omslagsysteem goed geschikt om de inkomensverdeling wat gelijker te maken. Dit laatste is een voor- of nadeel, afhankelijk van je politieke overtuiging.
Per saldo heb ik toch een lichte voorkeur voor het omslagsysteem. In het systeem van kapitaaldekking gaan naar mijn smaak de belangen van de werkenden en de gepensioneerden te zeer uit de toon. De idee verdwijnt, dat landgenoten tezamen iets moeten delen. De directe samenhang, de aantasting van de lonen door de pensioenen en vice versa, raakt een tikje uit beeld. Gepensioneerden komen dan in de verleiding op hoge toon te eisen, dat hun vermogensrendement simpelweg beter moet. Zo een splijting van generaties zou maatschappelijk gezien een kapitale verslechtering zijn.
lastly……. an effective 4story moonstone crack