search
top

Het inchoherente, utopische wensdenken van de econoom Jan Donders

Update 4 december 2012. Ondertussen lijkt de werkloosheid in Spanje en Griekenland inderdaad richting 30% te gaan, vergeleken met de getallen hier direct onder van nog geen jaar geleden is er al een stijging van 3 respectievelijk 5% geweest. En zelfs het tempo van de stijging wordt niet minder. Het enige antwoord van onze regering: meer krimp, meer ontslagen, meer bezuinigen (behalve dan op het terugbetalen van leningen…). Ondertussen zijn honderduizenden Spaanse woningen ontruimd – terwijl er al zoveel leegstand was. Dat zijn dus bij 26% werkloosheid honderdduizenden huishoudens en gezinnen met schulden waar ze in de huidige situatie/wetgeving noooooit meer vanaf komen. Die kunnen we dus afschrijven. Tenzij we huishoudens gaan uitkopen, in plaats van de banken. Reken mee: 1 miljoen Spaanse huishoudens in levensgevaar, 36 miljard voor de Spaanse banken, dat is dus 36.000,– per huishouden. Dat zou voor zeer veel huishoudens het verschil maken. Helaas… Als de banken gered zijn dan zullen ze nog steeds de afgeschreven schulden proberen te innen, met de zegen van J. Donders: “hou de rente hoog, want anders worden die Zuid-Europeanen weer brutaal!”. Verstandiger was geweest dit geld via de huishoudens (die dan dus van dat gedeelte van hun schuld af zijn) te gebruiken om de hypotheken af te lossen, waarbij de banken bijvoorbeeld 50% daar bovenop leggen als extra afschrijving op de hypotheken: “leverage”. Qua cash gaan de banken er dan fors op vooruit, qua vermogen waren die hypotheken toch al niets meer waard.

Jan Donders is een opmerkelijk econoom. Terwijl de werkloosheid in Spanje 23% is en die in Griekenland 21% stelt hij:

“Het pleidooi voor een hogere loonstijging in de overschotlanden gaat eraan voorbij dat niets tekortlanden verhindert om de eigen economie te versterken via maatregelen die het effectieve arbeidsaanbod verruimen. Zulke maatregelen kunnen – via een drukkende invloed op de ontwikkeling van de arbeidskosten – tot een sterkere groei van de werkgelegenheid leiden.”

Moet de werkloosheid werkelijk 30% worden? Weet zo’n man wel wat er aan de hand is, in de wereld? Nee, dus. In het Tijdschrift voor Openbare Financiën 2012-I geeft hij recentelijk fijntjes aan wat er mis is met het neo-liberale denken over de economie en waarom dat mede tot de huidige crisis leidde: men zag tekorten op de lopende rekening bij de introductie van de Euro stomweg als ‘niet van belang’. Suf, natuurlijk. En goed dat Jan erop wijst. Maar daarna gaat hij zowel theoretisch als empirisch de mist in, op het verkeerde wetenschappelijke been gezet door juist datzelfde gedachtengoed. Hij geeft zelfs aan dat het, kennelijk, mogelijk is dat de internationale handelstekorten van de Zuid-Europese landen kunnen afnemen als onze overschotten toenemen… 1+1 = 0. Maar laten we beginnen bij het begin. Het succes van de jaren zestig en zeventig en de kwade gevolgen van de teloorgang van systematisch, degelijk economisch denken daarna (de lopende rekening geeft aan hoe groot het tekort of het overschot van een land met het buitenland is):

“Tot de traditionele doelstellingen van het economische beleid hoort evenwicht op de betalingsbalans. In de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw was het streven  vanwege deze doelstelling in ons land gericht op een overschot op de lopende rekening van de betalingsbalans ter grootte van de kapitaalhulp aan ontwikkelingslanden … De betalingsbalansdoelstelling is daarna uit de beschouwingen over het economische beleid verdwenen. Dat hing om te beginnen samen met het ontstaan van een moderne kapitaalmarkt die landen met een tekort op de lopende rekening in staat stelt om buitenlands kapitaal aan te trekken en landen met een overschot om besparingen die geen emplooi in eigen land vinden in het buitenland te beleggen of te investeren. De komst van de Economische en Monetaire Unie (EMU) heeft de belangstelling van de landen van de eurozone voor het saldo op de lopende rekening nog verder verminderd. Het saldo op de lopende rekening van een lidstaat van een muntunie hoeft immers niet onmiddellijk repercussies te hebben voor het gemeenschappelijke monetaire beleid en/of de koers van de gemeenschappelijke munt, terwijl de eurolanden in het tijdperk vóór de euro wel degelijk rekening moesten houden met de gevolgen die dit saldo kon hebben voor het monetaire beleid en/of de koers van de nationale munt. De schuldencrisis in Europa heeft duidelijk gemaakt dat een aanhoudend groot tekort op de lopende rekening van een lidstaat van de muntunie het land in kwestie echter wel degelijk een probleem kan opleveren, ook als de lopende rekening van de hele muntunie dichtbij evenwicht blijft”

Het ‘nieuwe’ denken dat hier door Donders wordt beschreven is het denken van mensen als Alan Greenspan, die vergelijkbare ideeën had: tekorten op de lopende rekening zijn geen probleem, want (innovatieve) kapitaalmarkten lossen dit wel op! Men leze zijn autobiografie. En dit denken was weer gebaseerd op de zogeheten neo-klassieke modellen, economische modellen die zorgvuldig allerlei variabelen die tot onevenwichtigheden in de economie konden leiden, zoals schulden, vastgoedprijzen, de werkloosheid en dus ook tekorten op de lopende rekening, buitensloten. Het is denken dat, zoals Donders terecht aangeeft, tot grote schade heeft geleid. Greenspan zat fout.

Als namelijk wel rekening wordt gehouden met schulden, kapitaalmarkten, vastgoedprijzen en werkloosheid en het bestaan van verschillende landen dan blijkt dat de economie inherent onevenwichtig is. Wat betekent dat we de zaken niet altijd op hun beloop kunnen laten, zoals dat wel gebeurde met de lopende rekeningen. Het is dan ook beslist geen toeval dat de MIP, de macro-Economic Imbalance Procedure van de Europese Unie, daarom juist dit soort variabelen, weggelaten uit onder meer de modellen van bijvoorbeeld de Europese Centrale Bank, centraal stelt in zijn MIPS, de Macro-Economic Imbalances Scorecard. Een grote stap vooruit voor het economisch denken. Maar, helaas, een stap te ver voor Donders.

Hij stelt namelijk, wanneer hij een van de variabelen van de MIPS, het saldo op de lopende rekening, bespreekt, instemmend:

“De meeste economen gaan er nu van uit dat de economie min of meer ‘vanzelf’ tendeert naar een situatie waarbij zowel de arbeidsmarkt als de goederenmarkt in evenwicht is. Het wordt in de tweede plaats evenmin noodzakelijk gevonden dat de overheid met haar begrotingsbeleid een bepaald saldo op de lopende rekening van de betalingsbalans mogelijk maakt.”

Wacht even – hij gaf net toch aan dat die saldo’s op de lopende rekening juist wel een probleem konden vormen? En nu zijn ze dat niet meer? Dan doet hij toch hetzelfde als de economen tijdens de invoering van de Euro? Wie houdt wie nou voor de gek? En wie zijn die ‘meeste’ economen? In ieder geval niet de economen van de MIPS. En in ieder geval klopt het niet, wat Donkers zegt.  Het evenwicht op die arbeidsmarkt lijkt dan bijvoorbeeld nog heel erg ver weg (grafiek 1).

Grafiek 1. Toe- en afname van de werkloosheid in de EU en de Eurozone, maandelijkse gegevens, duizenden mensen.

Bron: Eurostat.

Tenminste, als we ervan uitgaan, anders dan neo-klassieke economen zoals Donkers, dat dat evenwicht niet gelijk is aan de laatste stand van de werkloosheid en dat alle werkloosheid eigenlijk vrijwillig is. Of dat, wat impliciet is aan het citaat aan het begin, de werkloosheid eerst de 25% moet passeren. Klinkt dat laatste extreem? Natuurlijk – en terecht. Het is extreem. Maar dat is het denken van economen als Greenspan en Lucas en Donders ook. Lees dit verhaal van Krugman, dat hetzelfde stelt over dit soort economen. Terzijde – ook de werkloosheid in Duitsland is, seizoensgecorrigeerd, alweer aan het stijgen, ondanks de lage arbeidskosten per eenheid product.

En ook wat betreft die goederenmarkten gaat niet alles vanzelf. Laten we bijvoorbeeld naar de internationale markten kijken, oftewel naar de tekorten en overschotten op de lopende rekeningen. Tekorten die van de MIP niet hoger mogen zijn dan 4% van het BBP – en overschotten die niet hoger mogen zijn dan 6%. Anders leiden de met deze tekorten en overschotten gepaard gaande schulden en tegoeden namelijk snel tot problemen.

Donders erkent het bestaan van tekorten en overschotten … maar terwijl tekorten volgens hem wel een probleem kunnen zijn, zijn overschotten dat per definitie niet. Want deze leiden niet tot schulden. Wacht even – ons overschot is het tekort van andere landen… en dat tekort is gelijk aan de toename van de schuld van die landen. Sorry, meneer Donders, daar zijn echt alle economen het over eens. Overschotten leiden wel degelijk tot schulden. En als het gaat om grote, persistente overschotten van grote landen zoals Duitsland, met daarbij nog grotere overschotten van economische middenmoters als Nederland, dan kunnen er wel degelijk problemen ontstaan. Door het beleid in de overschot landen. Moeten we daar hier, op een economenblog, echt ruimte aan besteden? Kennelijk.

En een gedegen analyse van de variabele waarom het gaat, de lopende rekeningen, blijft achterwege. Waarom het juist de landen met hoge lonen zijn die overschotten hebben, waarom juist die landen ook een wat lagere inflatie kenden, zelfs dat het tekort van de een het overschot van de ander is – Donders lijkt het niet te beseffen dat dit allemaal speelde en speelt. En dat terwijl de gegevens toch eenvoudig zijn te ontlenen aan Eurostat, zie hier voor de lopende rekeningen van de individuele landen, hier voor het opmerkelijke feit dat het de landen met hoge lonen zijn die de overschotten hebben en hier voor een overzicht van de totale tekorten en overschotten van de EU-landen.

En dan nog het merkwaardige idee dat het zo succesvolle structurele begrotingsbeleid was gebaseerd op Keynesiaanse ideeen. Kolder. Het structurele begrotingsbeleid was niet gebaseerd op Keynesiaanse ideeen – het was, net als deze Keynesiaanse ideeen, gebaseerd op het systeem van de nationale rekeningen. Zie deze grafiek:

bron

Of de bizarre misvatting dat Keynesiaans denken gelijk staat aan de eis dat de overheid steeds meer uitgeeft – dat heeft geen Keynesiaan ooit gesteld. Incoherent, utopisch wensdenken. Geen wetenschap.

Leave a Reply

top