Schulden, grove fouten van de ECB en goede gegevens uit Brussel
De Europese Commissie (EC) laat zien dat de Europese Centrale Bank (ECB) het slecht gedaan heeft. Vanwege de kredietcrisis heeft de commissie een nieuw systeem van (overigens al bekende) statistieken opgetuigd, die nu allemaal netjes bij elkaar te vinden zijn. Het gaat onder andere om de prijzen van huizen, private kredietverlening, tekorten op de lopende rekening, private schulden, overheidstekort en -schuld en dergelijke varia. Uit deze gegvens blijkt onder meer (grafiek) hoezeer juist de private schulden en tekorten, en niet de publieke schulden en tekorten, voorafgaande aan de kredietcrisis, uit de hand gelopen is in een aantal landen. We maken ons tegenwoordig druk om overheidstekorten die, gemiddeld, maximaal 0,5* van het BBP mogen zijn – maar de private tekorten bedroegen in de zeepbeljaren (2004-2007) vaak meer dan 25% van het BBP en soms zelfs 40%. Onthutsend.
En waar overheidsuitgaven in het slechtste geval nog werkgelegenheid opleveren (en in het beste geval bijvoorbeeld goed onderwijs, of een goede infrastructuur) daar leidden deze schulden vaak enkel tot een inflatoire stijging van de prijzen van (daar zijn ze weer…) huizen en daarmee op geen enkele manier op een toename van het economisch vermogen van een maatschappij om de schulden in de toekomst ook nog eens een keer af te lossen. Zelfs consumentenkrediet is economisch gezien, productiever omdat die in ieder geval tot een betere bezettingsgraad van de productiecapaciteit leidt, of tot een grotere economische weerbaarheid van huishoudens als het bijvoorbeeld auto’s betreft, of in ieder geval tot een aangename vakantie op de Bahama’s. Maar huisprijsinflatie, daar heeft een maatschappij helemaal niets aan (de eigenaar van het huis natuurlijk wel, maar in de vorm van een zero sum game voor de maatschappij.
De vraag is nu: waarom heeft de ECB hier niet veel luider voor gewaarschuwd? In ieder geval drie redenen.
1. Ik ben nu anderhalf jaar actief met het intensief gebruiken van de statistieken van Eurostat, op de Real World Economic Review blog en ook op deze blog. Ik kijk daarbij naar afzonderlijke landen – en slechts zelden naar de EU of de EZ als geheel. Als je dit doet dan wordt je bijna automatisch geconfronteerd met de analyses van de ECB, die een officiele politiek heeft om slechts vooral en wat de inflatie betreft slechts uitsluitend naar het geheel van de Eurozone te kijken. Ten onrechte, zoals nu blijkt uit de persistente inflatieverschillen en de daaruit voortvloeiende onevenwichtigheden (verschillen die, gezien de veel lagere lonen in bijvoorbeeld Zuid-Europa, overigens 100% voorspelbaar waren).
2. De ECB is bijziend en kijkt wel naar deze private kredietverlening – maar ziet het als een veel minder groot probleem dat de publieke tekorten. Ten onrechte, natuurlijk, zoals in Ierland en Spanje en de Baltische staten gebleken is (en zoals nu blijkt in Nederland). Vanuit de economische theorie geredeneerd en de historische ervaring geredeneerd (ja, ik heb Reinhart en Rogoff gelezen en baseer me daar zelfs op, lees ze nog maar eens en nu zorgvuldig) tamelijk onzinnig omdat publieke tekorten eenvoudiger te financieren zijn dan private tekorten, zeker in gebieden met hoge pensioenbesparingen (die we dus niet meer naar de VS moeten sturen). Deze bijziendheid is Centrale Bankiers kennelijk eigen, men leze de autobiografie van Alan Greenspan, die hier er zeer expliciet over is dat publieke schuld wel slecht is maar private schuld niet, mede omdat er tegenwoordig allemaal derivaten zijn om de risico’s af te dekken (Tjsa, dat was 2006…).
3. Huisprijsinflatie (en ook aandelenprijsinflatie) valt toch buiten het theoretisch kader van de bank. Er is (anders dan bij de Fed in de VS onder Bernanke!) een tamelijk monomane en theoretisch slecht te verdedigen aandacht van de ECB op de inflatie van het consumentenprijspeil, wat bijvoorbeeld betekent dat prijzen van investeringsgoederen (zoals nieuwe huizen!) maar ook prijzen van ‘tweede hands’ goederen zoals kunst, bestaande huizen, tweede hands auto’s (een grotere markt dan nieuwe!) en aandelen buiten beeld blijven. Ten onrechte dus, zoals nu blijkt, terwijl ondertussen duidelijk is dat er een zeer sterk verband kan bestaan tussen kredietverlening en huizenprijzen.
Het kan dus wel, een beeld per land van de totale schulden en tekorten… Europese Commissie, Chapeau! De gegevens vullen een gapend gat op dat door de ECB is veroorzaakt – en dat deels ten grondslag ligt aan onze huidige problemen. Dat de ECB daarbij vooral niet naar variabelen kijkt die een kritische blik op het bankwezen zouden kunnen genereren – dat is natuurlijk geen toeval.
[…] Juist de ‘onevenwichtigheidsvariabelen’ zoals tekorten op de lopende rekening, de toename van private schulden, het niveau van de private schulden en de buitenlandse schuld van landen, variabelen die de kern uitmaken van de MIPS, worden nu al zorgvuldig weggelaten door de ECB. Lang leve het evenwicht. Lang leve het model. En die akelige realiteit… Ach, een toename van de particuliere schulden met 40% per jaar in Ierland – komt gewoon door d…: […]